VAN THEORIE NAAR PRAKTIJK

In de eerste blog vertelde ik over het verschil tussen een isometrische tekening en een perspectief-tekening. In de tweede blog vertelde ik over het verschil tussen een kikvorsperspectief en een vogelvluchtperspectief. Ook legde ik uit wat het verschil is tussen een éénpunts- een tweepunts- en een driepuntsperspectief. Vandaag ben ik even klaar met de theorie. We gaan verder met de praktíjk! Ik heb een paar lege vellen papier voor me en ga aan de hand van 3 voorbeelden laten zien hoe je het perspectief opbouwt. En dat ga ik allemaal laten zien aan de hand van één gebouw:… een museum in een stád!

ANNA PAULOWNA

Skylines van wereldsteden
Skylines van wereldsteden

Als je aan verdwijnpunten, de horizon en het lijnperspectief denkt, dan denk je aan New York, Hong Kong, Dubaï, Anna Paulowna, Londen en Chicago. En die grote steden vormen meteen onze inspiratiebron! Hoe zou een museum in zo’n stad eruit zien?

HET TWEEPUNTSPERSPECTIEF

Het raster van een tweepuntsperspectief
Het raster van een tweepuntsperspectief

Stel: ik wil een stad op straatniveau tekenen, waarbij je een grote straat inkijkt. Ik denk dat het een goed idee is om dit in een tweepuntsperspectief te doen: dat geeft mooi diepte aan de tekening. Laten we beginnen met het bepalen van de horizon: ik wil de gebouwen hoog laten lijken, dus ik kies voor een kikvorsperspectief. Ik plaats de horizon dus láág op mijn papier.

En weten jullie de volgende stap ook? Precies: het maken van het ráster! We tekenen dus nog geen details als deuren, ramen of mensen: we maken eerst een raster, oftewel een grote verzameling lijnen in perspectief. Zo, de eerste horizontale lijnen zijn al geplaatst, nu de ándere horizontale lijnen: die hebben een verdwijnpunt aan het eind van de straat. En dan nu de verticale lijnen: die hebben een verdwijnpunt bovenin, ergens boven de rand van het papier.

Het museum in tweepuntsperspectief
Het museum in tweepuntsperspectief

En nu? Nu kunnen we de lijnen volgen en de tekening verder invullen. Ik kies er bijvoorbeeld voor om vooraan een soort bankgebouw te plaatsen met een groot portaal. Als je daar wat kleine mensen vóór zet, dan lijkt dat gebouw meteen al énorm! Om onze kijkhoogte éxtra klein te maken plaats ik in de hoeken een paar grote benen van mensen. En om alles nog éxtra te benadrukken zet ik achteraan een paar grote gebouwen: die lijken nu éxtra hoog!

HET DRIEPUNTSPERSPECTIEF

Zo zie je hoe je met een tweepuntsperspectief veel diepte kan krijgen in je tekening. Maar hoe kun je nu nóg meer diepte krijgen? Precies: met een driepuntsperspectief!”

Het raster van een driepuntsperspectief
Het raster van een driepuntsperspectief

Ik ga nu een stad schuin van boven tekenen… een vogelvluchtperspectief! Ik kies er dit keer voor om géén zichtbare horizon te tekenen. Natuurlijk ís die er wel, ergens boven het papier, maar ik teken ‘m niet. Wél teken ik weer als eerste een ráster! Zo, deze horizontale lijnen komen daar links bij elkaar, en deze horizontale daar ergens rechts, en de verticale? die komen onderín bij elkaar!

Het museum in driepuntsperspectief
Het museum in driepuntsperspectief

En dan? Dan kies ik ervoor om een interessant gebouw als eye-catcher te tekenen. Bijvoorbeeld een museum. Deze staat op een imposant plein met een fontein in het midden. En nog wat autootjes. En hier en daar een boom. Om nog meer diepte te krijgen teken ik nog een paar daken van huizen dichtbij. En een paar duiven. En een paar die vliegen.

HET EENPUNTSPERSPECTIEF

Zo’n driepuntsperspectief geeft al snel veel diepte aan je tekening, hé? Zou zoveel diepte ook kunnen met een éénpuntsperspectief? Het antwoord is JA! Daarvoor gebruiken we weer het vogelvluchtperspectief, maar dan op een íets andere manier.”

Het raster van een eenpuntsperspectief
Het raster van een eenpuntsperspectief

We beginnen weer met… jawel… het ráster! Geen horizon, wel allemaal horizontale lijnen. Die hebben allemaal géén verdwijnpunt en staan haaks op elkaar. Maar de verticale lijnen, díe hebben hier wél een verdwijnpunt… namelijk ónder ons.

Het museum in een eenpuntsperspectief
Het museum in een eenpuntsperspectief

En nu? Nu is het invullen. Ik begin met een klein stratenplan onderin. Een autootje, een voetganger, een boom. En dan gaan we de hoogte in. Ik teken de verticale lijnen, en vervolgens de daken van de gebouwen die aan de straat staan. En, vooruit, weer een duif.

Daag jezelf vooral uit met het driepuntsperspectief. Volgende keer gaat het over extreme perspectieven met vier verdwijnpunten of meer!